Beleid ongewenste omgangsvormen
Terug naar het overzicht

Beleid ongewenste omgangsvormen

Gelezen
Copy triangle

Fivoor vindt het belangrijk om te zorgen voor een veilig, gezond en prettig werkklimaat. Dat is niet alleen goed voor jou als medewerker, maar ook voor de organisatie als geheel. Ongewenste omgangsvormen, zoals seksuele intimidatie, agressie en geweld, kunnen ervoor zorgen dat je niet veilig, gezond en lekker kunt werken. Het kan de werksfeer verpesten, het kan je plezier in je werk bederven en het kan de kwaliteit van je werk verminderen. Je kunt er ook ziek van worden, of zelfs arbeidsongeschikt raken. Daarom willen we er bij Fivoor voor zorgen dat ongewenste omgangsvormen op het werk geen kans krijgen.

Wat bedoelen we met ongewenste omgangsvormen?

Tijdens je werk heb je bij Fivoor vaak contact met je collega’s, leidinggevenden of patiënten. Meestal gaat dat zonder problemen. Toch kan het gebeuren dat je een slecht gevoel overhoudt aan zo’n contact, of dat nou met een collega, een leidinggevende of een patiënt is. Dat slechte gevoel ontdek je misschien pas achteraf. Vaak heeft het ermee te maken dat iemand over jouw persoonlijke grenzen heen is gegaan. Het is belangrijk om die gevoelens serieus te nemen. Misschien bedoelde de ander er niets mee, of ging het per ongeluk. Toch heb jij altijd het recht om aan te geven wat jij een ongewenste omgangsvorm vindt en wat niet.

We verwachten van jou dat je altijd reflecteert op je éigen gedrag. Past jouw gedrag binnen de normen die Fivoor stelt en die gelden in de maatschappij? Daarbij toets je je eigen gedrag bij de ander en stel je je lerend en probleemoplossend op.

Zie je dat een collega zich grensoverschrijdend gedraagt jegens een andere collega of patiënt? Kijk niet weg, ook al heb je er zelf geen last van. Spreek die collega aan. Gaat je collega daarna door met het gedrag, dan meld je dit bij je leidinggevende. Zo zorgen we samen voor een veilig, gezond en prettig werkklimaat.

Seksuele intimidatie

In het algemeen kennen we drie soorten seksuele intimidatie. Combinaties zijn ook mogelijk:

  • de verbale (gesproken) vormen, zoals seksueel getinte grapjes en opmerkingen, ongepaste opmerkingen over je kleding of je uiterlijk, vragen om seks, of vertellen over erotische ervaringen, fantasieën of dromen zonder dat jij daarom vraagt;
  • non-verbale (niet-gesproken) vormen, zoals staren en gluren, te dichtbij komen, seksueel getinte gebaren maken, of seksueel getinte berichten of pornografische afbeeldingen sturen of laten zien;
  • fysieke (lichamelijke) vormen, zoals kussen, aanraken, een ongewenste aai over je bol, een tik op je billen, ongevraagd knuffelen of omarmen, en alle vormen van aanranding en verkrachting (aanranding en verkrachting zijn strafbare feiten, maar zeker ook fysieke vormen van seksuele intimidatie).

Als het gaat om de grenzen aan het gedrag rond seksualiteit en intimiteit tussen medewerkers en patiënten heeft Fivoor een aparte Regeling seksueel grensoverschrijdend gedrag medewerker – patiënt.

Agressie en geweld

Agressie en geweld komen in drie vormen voor:

  • Verbaal (mondeling) geweld, zoals uitschelden en beledigen;
  • Fysiek (lichamelijk) geweld, zoals schoppen, slaan, duwen, met een wapen overvallen worden en beschadigen van eigendommen;
  • Psychisch (geestelijk) geweld, zoals persoonlijk bedreigen, intimideren, onder druk zetten en de thuissituatie bedreigen.

Pesten

Een belangrijk kenmerk van pesten op het werk is dat het pestgedrag regelmatig voorkomt. Het gaat bij pesten dus niet om een eenmalige gebeurtenis. Pestgedrag kan in allerlei vormen voorkomen. Meestal gebeurt pesten door woorden (uitschelden, belachelijk maken en kleineren), gebaren, handelingen, of bedreigingen. Andere vormen van pesten komen ook voor. Meestal wordt iemand gepest om diegene met opzet te kwetsen en belachelijk te maken.

Discriminatie

Je mag op de werkvloer niet ongelijk behandeld worden vanwege je geloof of levensovertuiging, seksuele geaardheid, politieke voorkeur, je huidskleur, afkomst, of je nationaliteit. Je mag ook niet worden gediscrimineerd vanwege je leeftijd, omdat je vrouw of man bent (of zwanger, moeder, vader, of net bevallen), getrouwd bent, samenwoont, of juist alleenstaand bent. Ook discriminatie op grond van een handicap of chronische ziekte, bepaalde arbeidsduur (voltijd of deeltijd), en het soort contract (vast of tijdelijk) is verboden.

Belaging/stalking

Het begrip belaging/stalking is in artikel 285b Wetboek van Strafrecht omschreven. Met belaging of stalken wordt bedoeld dat iemand opzettelijk en met herhaling achtervolgd wordt, waardoor zij of hij zich niet meer veilig voelt. Dat achtervolgen en structureel lastig vallen kan op verschillende manieren gebeuren: fysiek, met woorden, via de post, via sociale media, per telefoon of mail, met behulp van sms’jes, etc. Belagers/stalkers proberen, vaak met succes, macht en controle over hun slachtoffer te krijgen.

Ongewenste omgangsvormen voorkomen

Bij Fivoor zoeken we actief naar oorzaken van ongewenste omgangsvormen binnen de organisatie. Daarbij proberen we ongewenste omgangsvormen zo veel mogelijk te voorkomen. Dat doen we onder meer door:

Van het management een voorbeeldfunctie te verwachten

Fivoor vindt het belangrijk dat managers en leidinggevenden een veilig klimaat creëren en duidelijk maken dat ongewenste omgangsvormen niet worden geaccepteerd. Zien managers en leidinggevenden ongewenste omgangsvormen, dan spreken ze zich daar duidelijk tegen uit en treden ze op. Managers en leidinggevenden hebben ook een voorbeeldfunctie. Daarom letten ze op hun eigen omgangsvormen en laten ze zichzelf door alle andere medewerkers aanspreken op hun eigen gedrag. Ze staan op geen enkele manier boven de wet of het beleid van Fivoor.

Ongewenst gedrag bespreekbaar te maken

Fivoor wil dat iedereen in de organisatie kan zeggen wat hij of zij wenselijke of onwenselijke omgangsvormen vindt, zonder bang te hoeven zijn voor de gevolgen. Als medewerker moet je hier altijd over kunnen praten: op een werkoverleg of in een jaargesprek met je leidinggevende, maar ook op elk ander moment. Als je dit lastig vindt, of als er niet wordt geluisterd, dan staan onze vertrouwenspersonen voor je klaar. Dit kan ook anoniem als dat nodig is.

Managers en leidinggevenden moeten extra goed op ongewenst gedrag letten. Zij kunnen eventueel ook een vertrouwenspersoon inschakelen om (ongewenste) omgangvormen te bespreken, bijvoorbeeld door voorlichting op de werkvloer te geven. Om leidinggevenden zo goed mogelijk te ondersteunen in hun rol, is een toolkit beschikbaar. Deze bestaat uit voorlichting, scholing en trainingen voor leidinggevenden en medewerkers op het gebied van bevorderen van diversiteit, inclusie en gewenste omgangsvormen op de werkvloer.

De risico’s en de stand van zaken goed in de gaten te houden

Om ongewenste omgangsvormen te kunnen voorkomen, moet het management een duidelijk beeld hebben van de werkrelaties tussen jou en je collega’s, maar ook tussen collega’s en leidinggevenden. Ook moet het management weten welke situaties tijdens het werk extra risico’s op ongewenst gedrag geven. Daarvoor is het belangrijk dat managers contact houden met wat er op de werkvloer gebeurt en zorgen dat jij en je collega’s altijd met jullie verhaal bij ze terecht kunnen.

Hoe gaan we om met ongewenste omgangsvormen?

Het is de verantwoordelijkheid van Fivoor om voor jou en je collega’s te zorgen als jullie met een geval van ongewenst gedrag te maken krijgen. Als een collega of leidinggevende over jouw grenzen heen is gegaan, gaat Fivoor op twee manieren om met ongewenste omgangsvormen: het informele traject en het formele traject.

Informele traject

De eerste stap is dat je degene die over jouw grens gegaan is aanspreekt. Het komt voor dat iemand niet beseft dat het gedrag ongewenst is. Aanspreken kan dat al voldoende zijn om aan dat gedrag een eind te maken. Is aanspreken niet mogelijk of wenselijk, dan meld je het aan jouw direct leidinggevende. Die gaat jou helpen om een oplossing te vinden. Vind je het moeilijk om je verhaal te doen bij je leidinggevende, of is je leidinggevende juist onderdeel van het probleem? Dan kun je terecht bij onze vertrouwenspersonen. Ze luisteren zonder oordeel naar je verhaal en helpen je om te beslissen wat er verder moet gebeuren.

Formeel traject

Als het niet lukt om een oplossing te vinden via het informele traject, kun je ervoor kiezen om een klacht in te dienen bij de klachtencommissie. Hiermee start het formele traject. De commissie onderzoekt of de klacht gegrond is en geeft zo mogelijk aanbevelingen om de klacht te verhelpen of om soortgelijke klachten voor de toekomst te voorkomen. Ook in dit traject kan de vertrouwenspersoon je ondersteunen.

Disclaimer

De informatie op deze website is uitsluitend bedoeld als algemene informatie. Er kunnen geen rechten aan worden ontleend. De formele teksten lees je in regelingen zelf en kun je hieronder downloaden.

Download het beleid ongewenste omgangsvormen in PDF